Ik ben dol op straatnamenboeken, want lezen over de herkomst van straatnamen is een mooie manier om te leren over de geschiedenis van een stad of streek. Onlangs kreeg ik een exemplaar van het boek 'De straatnamen van Rijswijk (ZH)', geschreven door Joop Josee.
Joop Josee heeft als gids vele jaren mensen rondgeleid door Den Haag en hij weet dus veel van de geschiedenis van die stad. Toen hij in 1994 naar Rijswijk verhuisde, stak het hem dat er wel een boek is over de straatnamen van Den Haag maar nog geen over de straatnamen van Rijswijk. En dus ging hij zelf aan de slag. Van zo'n 440 straatnamen moest de betekenis worden achterhaald. In enkele gevallen "kon dat alleen maar door op de fiets te stappen en betreffend straatnaambord te bekijken wat er op vermeld staat" en ook het Rijswijks Historisch Informatie Centrum werd geraadpleegd. En soms vond hij de verklaring gewoon in de Wikipedia.
Natuurlijk staan er veel gemeenplaatsen in het boek, maar daar ontkom je als straatnamenchroniqueur niet aan. En dus kun je lezen wie prinses Beatrix, Cornelis Lely, Suze Groeneweg en John F. Kennedy waren. En ook dat de kievit een vogel, de klarinet een instrument en de klipper een vaartuig is. Dat soort dingen zijn voor buitenstaanders niet altijd boeiend. Maar voor inwoners van Rijswijk kan het natuurlijk wel interessant zijn om te lezen waar straatnamen zoals Blauwe Zegge en Mirabelle naar genoemd zijn, en of de Mauvelaan naar de schilder of naar de kleur genoemd is. Helemaal als je zelf in een van die straten woont. De Mauvelaan ligt in Rijwijk overigens tussen de Rembrandtkade en de Jozef Israëlslaan en is dus duidelijk naar de schilder genoemd; de kleurenbuurt met de Karmozijnstraat en de Purperstraat ligt elders in Rijswijk.
Bij het doorbladeren van het boek ontdekte ik dat er in Rijswijk flink wat straten naar kastelen, landgoederen en buitenplaatsen genoemd zijn. Een groot deel daarvan ligt verspreid over de stad in de buurt van het huis waar ze naar genoemd zijn, zoals de Laan Hofrust, Laan van Hoornwijck, De Ruijt en de Huys de Wervelaan. Maar er blijkt in Rijswijk ook een buurt te zijn waar alle straten naar huizen en landgoederen uit andere delen van het land zijn genoemd. Daar liggen straten met namen zoals Drakensteyn, Zwaanswijck, Twickel en Dassenberg. Verwarrend. En dan is het ineens wel weer handig dat je in dit boek kunt opzoeken of een straat naar een historisch Rijswijks kasteel of naar een kasteel elders in het land is genoemd. Als je het zo bekijkt, is het wel weer slordig dat bij sommige van die straatnamen wel staat naar welk huis de straat genoemd is, maar niet wáár dat huis dan stond - daar in de buurt of elders in het land. Overigens staat bij Dassenberg in het boek als verklaring dat een dassenberg de woonplaats van de das is, maar het lijkt mij waarschijnlijker dat die straatnaam verwijst naar het gelijknamige landgoed in Noord-Brabant, tussen Steenbergen en Klutsdorp.
Het zal duidelijk zijn dat ik het liefst lees over straatnamen die vertellen over de geschiedenis van de plaats. Bijvoorbeeld dat de Van Vredenburchweg genoemd is naar de eerste (en eigenlijk ook de tweede) burgemeester van Rijswijk, en eerder ook Brede weg en Zandweg heette. Dat de Sionsweg en de Laan van Sion herinneren aan het middeleeuwse klooster dat 'Sancta Maria in Monte Sion' heette en ongeveer op die plek stond. Dat de Molenhof, de Molenlaan en de Molenwetering naar drie verschillende molens verwijzen. Of dat het Boogaardplein - bij Winkelcentrum In de Bogaard - niet naar een oude boomgaard is genoemd, maar naar burgemeester Archibald Bogaard. Zo verwijzen ook de Meester Philipslaan, de Laan van Beens en het Bous de Jongpark naar lokale figuren. En zo lezen we ook over de geschiedenis van Kerstanje, Zweth en Keereweer. En stiekem leren we zo ook weer allemaal dingen over de geschiedenis van Rijswijk en omgeving.
Ik vind het wel charmant om te zien dat Joop Josee soms ook moet gissen of een verklaring niet nodig vindt. Bij De Dijk schrijft hij dat die straat niet naar de band genoemd is, maar waarschijnlijk gewoon naar een waterkering zal verwijzen. Bij Rieteiland schrijft hij "behoeft geen verdere verklaring". En de straatnaam Heuvelring kan alleen verklaard worden als "een ring van heuvels in het landschap". Maar het is duidelijk dat de schrijver er heel veel werk aan gehad heeft om zo veel mogelijk verklaringen van de straatnamen te verzamelen. En dat is goed gelukt. Het boek 'De straatnamen van Rijswijk (ZH)' van Joop Josee is interessant voor inwoners van Rijswijk die meer willen weten over hun stad en de straatnamen, maar daarnaast zeker ook leuk voor geïnteresseerden van buiten de stad.
Joop Josee heeft als gids vele jaren mensen rondgeleid door Den Haag en hij weet dus veel van de geschiedenis van die stad. Toen hij in 1994 naar Rijswijk verhuisde, stak het hem dat er wel een boek is over de straatnamen van Den Haag maar nog geen over de straatnamen van Rijswijk. En dus ging hij zelf aan de slag. Van zo'n 440 straatnamen moest de betekenis worden achterhaald. In enkele gevallen "kon dat alleen maar door op de fiets te stappen en betreffend straatnaambord te bekijken wat er op vermeld staat" en ook het Rijswijks Historisch Informatie Centrum werd geraadpleegd. En soms vond hij de verklaring gewoon in de Wikipedia.
Natuurlijk staan er veel gemeenplaatsen in het boek, maar daar ontkom je als straatnamenchroniqueur niet aan. En dus kun je lezen wie prinses Beatrix, Cornelis Lely, Suze Groeneweg en John F. Kennedy waren. En ook dat de kievit een vogel, de klarinet een instrument en de klipper een vaartuig is. Dat soort dingen zijn voor buitenstaanders niet altijd boeiend. Maar voor inwoners van Rijswijk kan het natuurlijk wel interessant zijn om te lezen waar straatnamen zoals Blauwe Zegge en Mirabelle naar genoemd zijn, en of de Mauvelaan naar de schilder of naar de kleur genoemd is. Helemaal als je zelf in een van die straten woont. De Mauvelaan ligt in Rijwijk overigens tussen de Rembrandtkade en de Jozef Israëlslaan en is dus duidelijk naar de schilder genoemd; de kleurenbuurt met de Karmozijnstraat en de Purperstraat ligt elders in Rijswijk.
Bij het doorbladeren van het boek ontdekte ik dat er in Rijswijk flink wat straten naar kastelen, landgoederen en buitenplaatsen genoemd zijn. Een groot deel daarvan ligt verspreid over de stad in de buurt van het huis waar ze naar genoemd zijn, zoals de Laan Hofrust, Laan van Hoornwijck, De Ruijt en de Huys de Wervelaan. Maar er blijkt in Rijswijk ook een buurt te zijn waar alle straten naar huizen en landgoederen uit andere delen van het land zijn genoemd. Daar liggen straten met namen zoals Drakensteyn, Zwaanswijck, Twickel en Dassenberg. Verwarrend. En dan is het ineens wel weer handig dat je in dit boek kunt opzoeken of een straat naar een historisch Rijswijks kasteel of naar een kasteel elders in het land is genoemd. Als je het zo bekijkt, is het wel weer slordig dat bij sommige van die straatnamen wel staat naar welk huis de straat genoemd is, maar niet wáár dat huis dan stond - daar in de buurt of elders in het land. Overigens staat bij Dassenberg in het boek als verklaring dat een dassenberg de woonplaats van de das is, maar het lijkt mij waarschijnlijker dat die straatnaam verwijst naar het gelijknamige landgoed in Noord-Brabant, tussen Steenbergen en Klutsdorp.
Het zal duidelijk zijn dat ik het liefst lees over straatnamen die vertellen over de geschiedenis van de plaats. Bijvoorbeeld dat de Van Vredenburchweg genoemd is naar de eerste (en eigenlijk ook de tweede) burgemeester van Rijswijk, en eerder ook Brede weg en Zandweg heette. Dat de Sionsweg en de Laan van Sion herinneren aan het middeleeuwse klooster dat 'Sancta Maria in Monte Sion' heette en ongeveer op die plek stond. Dat de Molenhof, de Molenlaan en de Molenwetering naar drie verschillende molens verwijzen. Of dat het Boogaardplein - bij Winkelcentrum In de Bogaard - niet naar een oude boomgaard is genoemd, maar naar burgemeester Archibald Bogaard. Zo verwijzen ook de Meester Philipslaan, de Laan van Beens en het Bous de Jongpark naar lokale figuren. En zo lezen we ook over de geschiedenis van Kerstanje, Zweth en Keereweer. En stiekem leren we zo ook weer allemaal dingen over de geschiedenis van Rijswijk en omgeving.
Ik vind het wel charmant om te zien dat Joop Josee soms ook moet gissen of een verklaring niet nodig vindt. Bij De Dijk schrijft hij dat die straat niet naar de band genoemd is, maar waarschijnlijk gewoon naar een waterkering zal verwijzen. Bij Rieteiland schrijft hij "behoeft geen verdere verklaring". En de straatnaam Heuvelring kan alleen verklaard worden als "een ring van heuvels in het landschap". Maar het is duidelijk dat de schrijver er heel veel werk aan gehad heeft om zo veel mogelijk verklaringen van de straatnamen te verzamelen. En dat is goed gelukt. Het boek 'De straatnamen van Rijswijk (ZH)' van Joop Josee is interessant voor inwoners van Rijswijk die meer willen weten over hun stad en de straatnamen, maar daarnaast zeker ook leuk voor geïnteresseerden van buiten de stad.
Reacties
Mij ook, want de woonplaats van een das wordt dassenburcht genoemd. Historisch zou dat natuurlijk best anders kunnen zijn geweest, maar als ik even met Google Streetview rondkijk op de Dassenberg in Rijswijk, vermoed ik niet heel veel historie achter deze wijk.
Groetjes,
Carl
Precies, zo was mijn overweging ook.