Onlangs reed ik met mijn familie over een weggetje langs de Rotte in Bergschenhoek. En terwijl iedereen genoot van het uitzicht en het groen verbaasde ik me over de straatnaam die ik op een bordje zag staan: de Kindermakerdreef. Het is de naam van een kort weggetje van nog geen zestig meter lang, maar met zo'n straatnaam kun je natuurlijk alle kanten op.
Terwijl mijn familie druk in gesprek was over alles wat men zag, vroeg ik me nog maar Ă©Ă©n ding af: hoe komt de Kindermakerdreef aan zijn naam? Stond het straatje er vroeger wellicht om bekend dat er veel kindertjes werden gemaakt? Of woonde er iemand die veel kinderen had gekregen? Dat zijn geen dingen waar men tegenwoordig nog een straat naar zou vernoemen, maar vroeger dacht men daar wel anders over. Of zou het straatje misschien genoemd kunnen zijn naar een mannelijke verloskundige? Toen ik met Google zocht naar 'kindermaker' vroeg Google mij of ik niet gewoon 'kinderkamer' bedoelde. Dat lijkt er inderdaad best wel op en dat woord is ook veel normaler - maar niet voor een straatnaam. Al Googelend kwam ik ook terecht bij de Duitse hertog Johan II van Kleef, die als bijnaam 'de Kindermaker' had omdat hij maar liefst 63 buitenechtelijke kinderen had. Op zich een hele prestatie, maar ik zie niet direct waarom ze daar in Bergschenhoek een straatje naar zouden noemen.
Wat is het dan wel? Vermoedelijk verwijst de straat naar iemand die hier ooit woonde en die Kindermaker als achternaam had. Die familienaam '(de) Kindermaker' kwam aan het begin van de negentiende eeuw voor, en dan vooral vaak in de streek rond Berschenhoek, Hillegersberg en Zevenhuizen. Het wonderlijke is dat de naam volgens de Nederlandse Familienamenbank in 1947 helemaal niet meer voorkwam in Nederland. De laatste Kindermaker waar ik iets over heb kunnen vinden, was Alida Wilhelmina Kindermaker die in 1937 overleed in Rotterdam. Zou het geslacht van de Kindermakers in de tussenliggende periode zijn uitgestorven? Dat zou toch ironisch zijn.
Dan blijft de vraag natuurlijk waar de familienaam Kindermaker vandaan komt. Ook hier zou je weer kunnen denken dat men die naam ooit gaf aan iemand die veel kinderen had, of die verloskundige was. Maar nee, het heeft niet direct iets met kleine kinderen te maken. Een 'kindermaeker' was vroeger een kuiper die gespecialiseerd was in het maken van kleine tonnetjes en vaatjes. Men noemde dat 'kindekijns', oftewel 'kindertjes'. Als je zo'n klein tonnetje naast een grote ton zag staan, dan zag het eruit of dat een kindje was van die grote ton. Die kindekijns gebruikte men bijvoorbeeld voor het bewaren van boter, haring en tabak.
Wellicht woonde er langs de Rotte vroeger ook wel iemand die kleine tonnetjes maakte. Maar de kans is groter dat de Kindermakerdreef genoemd is naar iemand die gewoon Kindermaker heette.
Toevoeging:
Rob wees me er in een reactie op dit artikel op dat er aan het eind van de Kindermakerstraat een straatnaambord met een onderschrift staat. Dat onderschrift luidt: "Pachter 1784-1828". Blijkbaar is de straat inderdaad genoemd naar iemand die Kindermaker heette. Om precies te zijn: naar een persoon die hier rond 1800 een stuk grond pachtte.
Wat is het dan wel? Vermoedelijk verwijst de straat naar iemand die hier ooit woonde en die Kindermaker als achternaam had. Die familienaam '(de) Kindermaker' kwam aan het begin van de negentiende eeuw voor, en dan vooral vaak in de streek rond Berschenhoek, Hillegersberg en Zevenhuizen. Het wonderlijke is dat de naam volgens de Nederlandse Familienamenbank in 1947 helemaal niet meer voorkwam in Nederland. De laatste Kindermaker waar ik iets over heb kunnen vinden, was Alida Wilhelmina Kindermaker die in 1937 overleed in Rotterdam. Zou het geslacht van de Kindermakers in de tussenliggende periode zijn uitgestorven? Dat zou toch ironisch zijn.
Dan blijft de vraag natuurlijk waar de familienaam Kindermaker vandaan komt. Ook hier zou je weer kunnen denken dat men die naam ooit gaf aan iemand die veel kinderen had, of die verloskundige was. Maar nee, het heeft niet direct iets met kleine kinderen te maken. Een 'kindermaeker' was vroeger een kuiper die gespecialiseerd was in het maken van kleine tonnetjes en vaatjes. Men noemde dat 'kindekijns', oftewel 'kindertjes'. Als je zo'n klein tonnetje naast een grote ton zag staan, dan zag het eruit of dat een kindje was van die grote ton. Die kindekijns gebruikte men bijvoorbeeld voor het bewaren van boter, haring en tabak.
Wellicht woonde er langs de Rotte vroeger ook wel iemand die kleine tonnetjes maakte. Maar de kans is groter dat de Kindermakerdreef genoemd is naar iemand die gewoon Kindermaker heette.
Toevoeging:
Rob wees me er in een reactie op dit artikel op dat er aan het eind van de Kindermakerstraat een straatnaambord met een onderschrift staat. Dat onderschrift luidt: "Pachter 1784-1828". Blijkbaar is de straat inderdaad genoemd naar iemand die Kindermaker heette. Om precies te zijn: naar een persoon die hier rond 1800 een stuk grond pachtte.
Reacties
Mogelijk gaat het om Arie Kindermaker, van beroep bouwman, die op 26 augustus 1822 op 73-jarige leeftijd in de gemeente Bergschenhoek overleed; zie http://goo.gl/Bn9iBn (akte nr. 19).
Groet,
Bert
"OPENBARE VERKOOPING, aan de Bouwmanswoning van de Weduwe Ary Kindermaker, aan de Rotte, te Bergschenhoek, op Woensdag den 30 Julij 1828, van te Veld staande GEWASSEN, Oud en Nieuw gewonnen HOOI, LEVENDE HAVE, BOUW- en MELK-GEREEDSCHAPPEN, en VERHURING vau diverse partijen ETGROEN en NAWEIDEN; alles breeder bij Biljetten gespecificeerd."
Jacoba Patijn overleed op 5 maart 1830 in Bergschenhoek op 67-jarige leeftijd.
Aangezien ik de term 'stoppelbloot' niet kende, heb ik deze opgezocht en vermeld ik die hierbij voor de andere lezers.
stoppelbloot: het moment waarop de oogst van het veld was; vaak begin en einde van een pachttermijn.