Op tientallen plaatsen in Nederland liggen Peperstraten. Vaak wordt verteld dat deze straten herinneren aan ons rijke koopmansverleden, toen er volop in peper werd gehandeld en er in alle steden peperpakhuizen moeten zijn geweest. Voor de meeste Peperstraten geldt echter een heel ander verhaal.
Peper werd al als specerij gebruikt door oude volken als de Perzen, de Egyptenaren, de Grieken en de Romeinen. In de Middeleeuwen was het in Europa echter nog bijzonder schaars, en daardoor 'peperduur'. Het waren toen vooral de Arabieren die peper naar Europa brachten. Rond 1500 ontdekte de Portugees Vasco da Gama dat je rond Kaap de Goede Hoop naar 'de Oost' kon varen, en vanaf dat moment brachten ook de Portugezen peper naar Europa. Daarmee verdween de schaarste. De Nederlanders zagen wel wat in de handel in peper en andere specerijen uit Oost-Indië. Dat was een van de redenen dat in 1602 de Vereenigde Oostindische Compagnie werd opgericht. Er ontstond een - letterlijk en figuurlijk - rijke handel in peper. Op een gegeven moment werd meer dan de helft van de Europese peperconsumptie door de VOC aangevoerd; peper vormde in de 17e eeuw ongeveer één derde van de totale veilingopbrengsten in ons land. Allemaal bijzonder interessant, maar de vraag is natuurlijk: is die rijke handel inderdaad de verklaring voor al die Peperstraten?
Peper in je straat
Er zijn in Nederland ongeveer zeventig Peperstraten. Die liggen verspreid over het hele land, maar de meeste liggen in de provincies Noord-Brabant, Noord-Holland, Zuid-Holland en Gelderland, met ieder meer dan tien Peperstraten. In andere provincies komen nergens meer dan vijf Peperstraten voor. In Drenthe, Flevoland en Zeeland hebben ze er zelfs ieder maar één. Veel van de straten liggen in het rivierengebied, of elders in de buurt van het water. Een flink deel van de Peperstraten ligt in historische binnensteden. Zo was er volgens oude bronnen in 1533 al een Peperstraat in Enkhuizen, in 1471 al een Pepersteeg in Haarlem, in 1469 al een Peperstraat in Amersfoort, 1410 al een Pepergasse in Nijmegen, in 1386 was er al een Peperstraat in Groningen, de Peperstraat in Delft kwam in 1374 al voor (hoewel die toen nog de Pepersteeg heette) en de Peperstraat in Den Bosch werd zelfs in 1303 al genoemd.
Die straten bestonden dus al lang voordat de peperhandel in de zeventiende eeuw een vlucht nam. Ze herinneren helemaal niet aan het koopmansverleden, maar aan een periode daarvoor. Het zou best kunnen dat in al die historische straten toen al apothekers of kruideniers zaten die peper verkochten, maar waarom zou men die straten dan juist naar peper noemen en niet naar een van de vele andere producten die er te koop waren, of naar de handelaar zelf? Het lastige van al die oude straatnamen is dat de precieze herkomst soms moeilijk te achterhalen is. Ze zijn allemaal in de volksmond ontstaan, en bestonden vaak al een tijdje voordat ze voor het eerst op schrift werden vastgelegd. Het zou ook best kunnen dat er in zo'n Peperstraat gewoon iemand woonde die 'Peper' heette, want die familienaam kwam in die tijd ook al voor. Er is echter nog een verklaring, en die lijkt in veel plaatsen te gelden.
Pepers en biezen
'Peper' is ook de volksnaam voor de mattenbies, een grasplant die veel groeit in en aan het water. In deze betekenis is het woord 'peper' verwant met het oude woord 'peep' of 'pepe' dat 'riet- of strohalm' betekent. De mattenbies werd in de Middeleeuwen veel gebruikt voor allerlei soorten vlechtwerk, zoals biezen manden, zittingen van stoelen en krukjes, en matten. Deze peper zal in die tijd bij veel mensen bekender zijn geweest dan de gelijknamige specerij. De mattenbies groeide volop langs het water rondom de oude steden, en het is goed voor te stellen dat er vanuit de oude stad een pad naar dat biezengebied liep. Zo ligt aan de westkant van de oude binnenstad van Delft een Peperstraat, terwijl aan de oostkant een straat ligt die Rietveld heet. Het is opvallend dat veel van de eeuwenoude Peperstraten haaks op een kreek, beek of riviertje lopen.
Van de Peperstraat in Amsterdam staat wel vast dat die is genoemd naar de peperwerf, die op de plaats van de straat lag en behoorde bij de pakhuizen van de VOC (en het is ook geen toeval dat iets verderop de Foeliestraat ligt). De meeste Peperstraten herinneren ons echter helemaal niet aan ons rijke koopmansverleden, maar aan de tijd daarvoor toen we onze steden en dorpen bouwden in een drassige delta en daar onze biezen pakten.
Peper werd al als specerij gebruikt door oude volken als de Perzen, de Egyptenaren, de Grieken en de Romeinen. In de Middeleeuwen was het in Europa echter nog bijzonder schaars, en daardoor 'peperduur'. Het waren toen vooral de Arabieren die peper naar Europa brachten. Rond 1500 ontdekte de Portugees Vasco da Gama dat je rond Kaap de Goede Hoop naar 'de Oost' kon varen, en vanaf dat moment brachten ook de Portugezen peper naar Europa. Daarmee verdween de schaarste. De Nederlanders zagen wel wat in de handel in peper en andere specerijen uit Oost-Indië. Dat was een van de redenen dat in 1602 de Vereenigde Oostindische Compagnie werd opgericht. Er ontstond een - letterlijk en figuurlijk - rijke handel in peper. Op een gegeven moment werd meer dan de helft van de Europese peperconsumptie door de VOC aangevoerd; peper vormde in de 17e eeuw ongeveer één derde van de totale veilingopbrengsten in ons land. Allemaal bijzonder interessant, maar de vraag is natuurlijk: is die rijke handel inderdaad de verklaring voor al die Peperstraten?
Peper in je straat
Er zijn in Nederland ongeveer zeventig Peperstraten. Die liggen verspreid over het hele land, maar de meeste liggen in de provincies Noord-Brabant, Noord-Holland, Zuid-Holland en Gelderland, met ieder meer dan tien Peperstraten. In andere provincies komen nergens meer dan vijf Peperstraten voor. In Drenthe, Flevoland en Zeeland hebben ze er zelfs ieder maar één. Veel van de straten liggen in het rivierengebied, of elders in de buurt van het water. Een flink deel van de Peperstraten ligt in historische binnensteden. Zo was er volgens oude bronnen in 1533 al een Peperstraat in Enkhuizen, in 1471 al een Pepersteeg in Haarlem, in 1469 al een Peperstraat in Amersfoort, 1410 al een Pepergasse in Nijmegen, in 1386 was er al een Peperstraat in Groningen, de Peperstraat in Delft kwam in 1374 al voor (hoewel die toen nog de Pepersteeg heette) en de Peperstraat in Den Bosch werd zelfs in 1303 al genoemd.
Die straten bestonden dus al lang voordat de peperhandel in de zeventiende eeuw een vlucht nam. Ze herinneren helemaal niet aan het koopmansverleden, maar aan een periode daarvoor. Het zou best kunnen dat in al die historische straten toen al apothekers of kruideniers zaten die peper verkochten, maar waarom zou men die straten dan juist naar peper noemen en niet naar een van de vele andere producten die er te koop waren, of naar de handelaar zelf? Het lastige van al die oude straatnamen is dat de precieze herkomst soms moeilijk te achterhalen is. Ze zijn allemaal in de volksmond ontstaan, en bestonden vaak al een tijdje voordat ze voor het eerst op schrift werden vastgelegd. Het zou ook best kunnen dat er in zo'n Peperstraat gewoon iemand woonde die 'Peper' heette, want die familienaam kwam in die tijd ook al voor. Er is echter nog een verklaring, en die lijkt in veel plaatsen te gelden.
Pepers en biezen
'Peper' is ook de volksnaam voor de mattenbies, een grasplant die veel groeit in en aan het water. In deze betekenis is het woord 'peper' verwant met het oude woord 'peep' of 'pepe' dat 'riet- of strohalm' betekent. De mattenbies werd in de Middeleeuwen veel gebruikt voor allerlei soorten vlechtwerk, zoals biezen manden, zittingen van stoelen en krukjes, en matten. Deze peper zal in die tijd bij veel mensen bekender zijn geweest dan de gelijknamige specerij. De mattenbies groeide volop langs het water rondom de oude steden, en het is goed voor te stellen dat er vanuit de oude stad een pad naar dat biezengebied liep. Zo ligt aan de westkant van de oude binnenstad van Delft een Peperstraat, terwijl aan de oostkant een straat ligt die Rietveld heet. Het is opvallend dat veel van de eeuwenoude Peperstraten haaks op een kreek, beek of riviertje lopen.
Van de Peperstraat in Amsterdam staat wel vast dat die is genoemd naar de peperwerf, die op de plaats van de straat lag en behoorde bij de pakhuizen van de VOC (en het is ook geen toeval dat iets verderop de Foeliestraat ligt). De meeste Peperstraten herinneren ons echter helemaal niet aan ons rijke koopmansverleden, maar aan de tijd daarvoor toen we onze steden en dorpen bouwden in een drassige delta en daar onze biezen pakten.
Reacties
Groet,
Bert
@Ruud: Mooi! Zo had ik het zelf nog niet bekeken.